Philips verkoopt al zijn resterende consumentenelektronica aan het Japanse Funai. Dat brengt 150 miljoen euro op.
Philips verkoopt al zijn resterende consumentenelektronica aan het Japanse Funai. Dat brengt 150 miljoen euro op.
Tijdens de voorstelling van de jaarcijfers meldde Philips dat het wat er nog rest van zijn consumentenelektronica integraal verkoopt aan het Japanse elektronicaconcern Funai. De Japanners betalen 150 miljoen euro voor de audio-, video- en entertainment-producten van Philips. De Nederlanders verkochten vorig jaar al hun tv-afdeling aan TP Vision, een joint-venture met het Chinese TPV.
De audiotak van Philips gaat in de tweede helft van dit jaar over naar Funai. De afdeling video verhuist pas in 2017. Philips blijft wel nog zelf actief in de markt voor consumer lifestyle met producten voor persoonlijke verzorging, huishoudapparatuur en koffiemachines. In die sector is er volgens de Nederlandse elektronicagigant nog voldoende marge. De marges voor audio-, video- en entertainment-producten zijn te laag. Funai zal de merknaam Philips voorlopig behouden. Het Japanse concern zal Philips 5,5 jaar lang een licentievergoeding betalen voor het gebruik van de merknaam.
Philips boekte in 2012 een omzet van 24,8 miljard euro, tegenover 22,6 miljard euro het jaar ervoor. Het bedrijf maakte vorig jaar opnieuw winst: 231 miljoen euro tegenover een verlies van 1,3 miljard euro in 2011.
Funai werd opgericht in 1961 en is een van de grootste Japanse elektronicaconcerns. De merknaam is bij ons minder bekend, maar het bedrijf assembleert tv’s en videoapparatuur voor bekende Japanse merken zoals Sharp, Toshiba en Denon. Het bouwt ook printers voor bedrijven zoals Dell en Lexmark. Funai had al een licentie op de merknaam Philips voor de Noord- en Zuid-Amerikaanse consumentenmarkten.
