Aaron Ooms
‘Prijs van overheidsdata opdrijven is niet de juiste aanpak’
‘Staatssecretaris voor Privacy Bart Tommelein beseft dat data het nieuwe goud zijn, maar door de prijs ervan op te drijven, worden data goederen voor de lucky few en schiet Tommelein zijn doel voorbij: innovatie en technologische vernieuwing bewerkstelligen’, schrijft Aaron Ooms, voorzitter van de Jongsocialisten.
Vorige week stelde Staatssecretaris voor Privacy Bart Tommelein dat hij de Privacycommissie de mogelijkheid wil geven boetes uit te schrijven. In zijn communicatie toonde Tommelein ook dat hij zeer goed mee is met zijn tijd. Hij beseft dat data het nieuwe goud zijn, dat de overheid heel veel data heeft en dat daar dus ook veel geld mee te verdienen valt. Maar door de prijs op te drijven, worden data een goed voor de lucky few en schiet het zijn doel voorbij: innovatie en technologische vernieuwing bewerkstelligen.
Concreet stelt Tommelein voor het in bepaalde gevallen mogelijk te maken om geanonimiseerde persoonsgegevens die de overheid bezit te gaan verkopen. Het zal je misschien verbazen, maar wij zijn daar op zich niet tegen. Als data voldoende geanonimiseerd zijn, kunnen ze net een meerwaarde betekenen voor onze samenleving. Met data valt heel wat te onderzoeken, en gepaard met technologische innovatie kunnen we zo nodig vooruitstrevend zijn, inzake mobiliteit of slimme energie, bijvoorbeeld.
Door de prijs van data op te drijven, worden het goederen voor de lucky few en schiet Bart Tommelein zijn doel voorbij
Daarom appreciëren we het ten zeerste dat de Staatssecretaris op zoek gaat naar manieren om meer waarde te creëren met de zee aan data die de overheid heeft. Maar we maken ons zorgen dat enkel een handvol bedrijven het gouden ticket zal kunnen bemachtigen. Sommige onderzoekscentra zullen niet de dure licentie voor het hergebruik van data kunnen betalen. Dat is althans toch hoe het vandaag de dag gaat met de Kruispuntbank voor ondernemingen: wie toegang tot het volledige databestand wil om bijvoorbeeld historische trends te onderzoeken, mag al gauw een kostprijs van 75.000 EUR ophoesten.
Dit is niet de juiste aanpak voor een Open Data-beleid dat net stuwend zou moeten werken voor innovatie en economische groei. Het is een beter idee om overheidsdata open en dus gratis ter beschikking te stellen, zodat meer start-ups en andere creatieve zielen er vernieuwende ideeën mee kunnen realiseren. Daarmee zal Tommelein zijn portefeuille niet vullen, maar het kan wel kansen bieden voor onze economie.
Een goed voorbeeld dat de kracht aantoont die kan uitgaan van zo’n Open Data-beleid is het Amerikaanse GPS. Dankzij het gratis en publiek toegankelijk maken van geografische gegevens en het openstellen van haar GPS-satellieten, heeft de Amerikaanse overheid ervoor gezorgd dat er een hele nieuwe economie is ontstaan rond het aanbieden van geografische diensten en consumentenproducten die deze diensten tot in iedere huiskamer brengen.
Iedereen zou zoveel mogelijk toegang moeten kunnen krijgen tot de data die onze overheid ter beschikking heeft. Om dat ideaal te bereiken, is het echter van groot belang dat de drempels om met die data aan de slag te gaan zo laag mogelijk worden gehouden. Het kan onze economie alleen maar ten goede komen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier