Regering discussieert nog over nieuwe dataretentiewet
De federale regering discussieert nog over de herwerkte dataretentiewet, die telecomoperatoren verplicht om metadata over hun klanten een jaar lang bij te houden. Dat zei minister van Telecom Petra De Sutter (Groen) woensdagavond tijdens de voorstelling van haar beleidsnota in de Kamer. Vooral over de inbouw van een achterpoortje waardoor ook geëncrypteerde communicatiediensten zoals Whatsapp of Telegram die metadata zouden moeten bijhouden, bestaat nog wat onenigheid.
De wet rond de dataretentie bepaalde dat telecomoperatoren de gegevens over de klanten en hun communicatieverkeer een jaar lang moeten bijhouden. Het gaat dan om informatie over wie communiceert met wie, wanneer en waar, niet over de inhoud van de gesprekken. Maar de wet werd vernietigd door het Grondwettelijk Hof, uit privacyoverwegingen. De regering werkt daarom aan een reparatiewet.
Het wetsontwerp van minister van Justitie Vincent Van Quickenborne (Open VLD) ligt al een tijdje klaar, maar kreeg nog geen definitief groen licht van de regering. Volgens minister van Telecom Petra De Sutter (Groen) zijn de gesprekken nog volop aan de gang. ‘Er zijn verschillende meningen’, antwoordde ze woensdagmiddag op vragen van Michael Freilich (N-VA), Erik Gilissen (Vlaams Belang) en Kathleen Verhelst (Open VLD) in de Kamercommissie Economie, waar ze haar beleidsnota kwam toelichten.
De angel zit vooral in de bepaling die ook Whatsapp, Facebook Messenger en andere communicatiediensten met versleuteling of ‘end-to-end-encryption’ verplicht om de metadata van hun gebruikers bij te houden door een zogenaamde ‘backdoor’ in te bouwen. Het gerecht zou op die manier allerhande informatie kunnen achterhalen over locaties en contactpersonen van daders of slachtoffers.
Recht op privacy
Het Comité I, de toezichthouder van de inlichtingendiensten, is kritisch voor die passage, net als de Gegevensbeschermingsautoriteit GBA, omdat het recht op privacy in het gedrang zou komen. Minister De Sutter volgt die redenering, liet ze woensdag blijken in het parlement. ‘Wij stellen ons dezelfde vragen rond privacy en veiligheid’, zei ze.
Naast het gerecht kunnen ook mensen met minder goede bedoelingen immers gebruik maken van het achterpoortje. ‘Je bouwt als het ware een zwakte in in het systeem. Maar tegelijkertijd kan het dienen om criminaliteit te bestrijden. Het is een dilemma.’ Volgens de Groen-vicepremier wordt het hele luik mogelijk maar beter uit de reparatiewet gehaald, om de discussie over de backdoor later ‘ten gronde en apart’ te kunnen voeren. ‘Maar ik wil niet vooruitlopen op een beslissing’, klonk het diplomatisch.