Avast moet 16,5 miljoen dollar betalen omdat het in 2020 werd betrapt op het doorverkopen van browsergeschiedenis van klanten. Het verzamelde over de jaren zo maar liefst acht petabyte aan data.
Antivirusfabrikant Avast kwam in 2020 onder vuur: een browserextensie die net trackingcookies moest blokkeren, verzamelde stiekem zelf gegevens over de gebruiker die vervolgens werden doorverkocht aan adverteerders. Die praktijk werd al sinds 2014 gehanteerd.
De spionage werd nadien door Avast erkend en het bedrijf beloofde daar mee te stoppen. Nu krijgt het bedrijf daarvoor een boete van 16,5 miljoen dollar van de Amerikaanse toezichthouder FTC. Die legt ook een formeel verbod op om zoiets te doen.
Avast wierp altijd op dat de bijgehouden data geanonimiseerd en geaggregeerd was. Maar de FTC ziet dat anders. Het stelt dat de data wel degelijk individueel her identificeerbaar was en zo kon worden herleid naar specifieke personen. De FTC is ook kritisch voor Avast omdat het oneerlijk handelde. De extensie moest de privacy van gebruikers zogezegd beschermen, maar werd net ingezet om ze verder te schenden en commercialiseren.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier