Staatsveiligheid krijgt rechtstreekse toegang tot intelligente camera’s
De Staatsveiligheid zal niet langer toestemming moeten vragen aan de lokale of federale politie om in realtime mee te kijken met haar camera’s of om camerabeelden op te vragen. Het gaat zowel om de simpele bewakingscamera’s als om de intelligente systemen, zoals de ANPR-camera’s die nummerplaten herkennen. Dat schrijft De Tijd vrijdag.
Op 25 mei, wanneer over heel het land strengere privacyregels van kracht worden voor alle bedrijven en overheidsdiensten, treedt ook een andere wet in werking die de Staatsveiligheid rechtstreeks toegang geeft tot de duizenden camera’s van alle federale politiediensten en alle lokale politiekorpsen in ons land. Dat gaat van de eenvoudige bewakingscamera’s die een politiezone bijvoorbeeld gebruikt om een stadsplein in de gaten te houden tot de intelligente camera’s, zoals de ANPR-camera’s die nummerplaten herkennen en die aan steeds meer wegen opduiken. Het gaat zowel om zichtbare als verdoken camera’s.
De Staatsveiligheid zal geen toestemming meer moeten vragen aan de bevoegde politiedienst om in realtime mee te kijken met een politiecamera. Evenmin om camerabeelden te kunnen inkijken die in een politiedatabank te vinden zijn. De Staatsveiligheid mag daarvoor het nationaal register gebruiken dat de federale politie bijhoudt met alle locaties van vaste politiecamera’s.
Wie controleert de Staatsveiligheid wanneer ze de politiecamera’s gebruikt? De dienst zal geen toestemming meer moeten vragen aan de politie, zoals dat nu wel nog het geval is. Maar er zal wel telkens bijgehouden worden wie van de Staatsveiligheid wanneer een politiecamera heeft gebruikt. Er blijft dus altijd een spoor achter.
Lees ook:‘Privacy op de weg. Niet nodig volgens Jan Jambon’ (opinie)