‘Techbedrijven schrijven kritische open brief aan Donald Trump’
Amerikaanse techbedrijven als Facebook, Microsoft, Google, Apple en Amazon werken gezamenlijk aan een open brief aan president Donald Trump, waarin ze hun zorgen uitspreken over zijn immigratiebeleid.
Trump bepaalde vrijdag dat mensen uit Irak, Iran, Jemen, Libië, Somalië, Soedan en Syrië de komende maanden niet welkom zijn in de Verenigde Staten. “Ik voer een nieuwe doorlichtingsmaatregel in om radicaal-islamitische terroristen uit de Verenigde Staten van Amerika te houden”, zei hij toen.
Het decreet dat dit bepaalde zorgde wereldwijd voor enorm veel protesten, ook uit Silicon Valley. Nu willen de grootste techbedrijven, samen met andere grote bedrijven uit de financiële en industriële sector, in een gezamenlijke brief een statement maken. De open brief aan Trump zou volgens Bloomberg deze week gepubliceerd worden.
In de brief leveren de bedrijven niet alleen commentaar op het beleid van Trump, maar komen ze ook met maatregelen die volgens hen beter passen bij het screenen van immigranten en toeristen. De bedrijven willen ook hun steun aanbieden bij het oplossen van de status van 750.000 zogenaamde ‘Dreamers’, ongedocumenteerde immigranten die de VS als kind binnengekomen zijn en onder een apart overheidsprogramma vallen. Door het programma, dat Barack Obama in 2012 creëerde, kunnen 700.000 mensen nog twee jaar langer in het land blijven.
De bedrijven zeggen in de brief dat ze “zowel duizenden Amerikanen als getalenteerde mensen uit het buitenland aannemen, die samenwerken om bedrijven te laten slagen en verder uit te laten breiden naar nog meer werknemers”.
Techbedrijven leunen op immigranten
Techbedrijven hebben veel baat bij het inhuren van mensen uit het buitenland en zijn vaak zelfs opgericht door mensen met een migratieachtergrond. Volgens een eerder stuk van Bloomberg zorgen toekomstige maatregelen van Trump er in nog grotere vorm voor dat de bedrijven hier in beperkt worden. Zijn regering heeft een decreet opgetekend dat gericht is het op het herzien van werk-visa’s waar techbedrijven afhankelijk van zijn bij het inhuren van tienduizenden werknemers uit het buitenland.
De zogenaamde H-1B visa’s, waar het over gaat, van buitenlandse werknemers zijn in het verleden in het leven geroepen zodat bedrijven gespecialiseerd personeel uit het buitenland kon halen – personeel dat niet voldoende te vinden was in de Verenigde Staten. De meeste mensen die zo’n visa kregen zijn werkzaam bij techbedrijven, maar de afgelopen jaren zijn er beschuldigingen opgedoemd waarin gezegd werd dat het H-1B-programma misbruikt werd om goedkopere krachten naar het land te halen. Banen die anders naar Amerikanen zouden gaan.
Amerika eerst
Met het decreet dat de Trumpregering nu uitwerkt zouden Amerikaanse werkkrachten voorrang moeten krijgen. Als er geen geschikte kandidaat te vinden is mogen ze naar het buitenland kijken, maar dan moet de duurste kracht aangenomen worden.
Zoals uit onderstaande grafiek blijkt is dit een probleem voor Amerikaanse techbedrijven. IBM, Microsoft, Google, Amazon, Apple, Intel en Facebook hebben allemaal in 2016 meer dan 1.000 werknemers aangenomen op basis van H-1B-visa’s.
Opvallend is ook het salaris dat deze werknemers gemiddeld betaald krijgen. Daaruit blijkt dat de posities die buitenlandse werknemers invullen speciale vaardigheden vereisen, waardoor de beschuldigen rondom misbruik van de regeling weerlegt kunnen worden.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier