Binnenkort kunnen bedrijven en thuisnetwerken hun interne IP-adressen koppelen aan domeinen die specifiek zijn voorbehouden voor intern gebruik.
Wie een website bezoekt, doet in praktijk een opzoeking in het DNS-register, die de miljoenen domeinnamen koppelt aan het IP-adres van de server waar de achterliggende site of dienst op draait.
Dat systeem krijgt nu een uitbreiding die vooral handig is voor netwerkbeheerders in bedrijven, of bij thuisnetwerken. ICANN, de instantie die beslist over het toelaten van topleveldomeinen (.com, .net, maar recenter ook .travel, .AI en anderen) laat weten dat het binnenkort .INTERNAL wil introduceren.
Verwarring en problemen voorkomen
Dat domein ga je in praktijk niet tegenkomen om websites te bezoeken, maar moet het mogelijk maken dat interne netwerken en hun toepassingen kunnen verbinden met een domeinnaam in plaats van enkel een IP-adres. Dat kan en gebeurt vandaag al, maar kan in sommige situaties tot conflicten leiden. Zo zou je in principe intern datanews.be kunnen laten doorverwijzen naar een interne server, maar dat domein wordt op het publieke internet ook gebruikt, door onze redactie, wat problemen of verwarring kan opleveren.
Een intern topleveldomein is daarmee een verlengstuk van de speciale blokken die voor interne netwerken zijn voorbehouden. Zo is er sinds 1996 de afspraak dat de IP-adressen beginnend met 10.x.x.x, 192.168.x.x en 172.16.x.x zijn voorbehouden voor je interne netwerkkoterij.
Voor .INTERNAL zijn al enkele consultatierondes voorafgegaan om zeker te zijn dat de gekozen naam duidelijk is en geen conflicten geeft. In totaal waren er 35 mogelijke kandidaten waarbij het tot vorige week ging tussen .INTERNAL en .PRIVATE.
Nu volgt er nog een brede commentaarronde. Als die positief blijkt, dan wordt .INTERNAL binnenkort in praktijk gebracht.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier