‘Waalse IT verdient meer politieke goede wil’
Agoria heeft een memorandum gestuurd naar de Waalse overheid. De organisatie vraagt een meer proactieve aanpak die de it-sector en de plaatselijke spelers ten goede moet komen.
Agoria heeft een memorandum gestuurd naar de Waalse overheid. De organisatie vraagt een meer proactieve aanpak die de it-sector en de plaatselijke spelers ten goede moet komen.
Gezien ze vaak mikken op een specifieke niche moeten de Waalse it-bedrijven “snel een minimale kritieke omvang kunnen bereiken en een voldoende investeringscapaciteit kunnen uitbouwen om hun producten en systemen nog beter op internationale schaal te gelde te maken”, stelt Agoria in een memorandum aan de Waalse overheid. Ze moeten tevens “hun unieke competenties blijven ontwikkelen.” Daarvoor moeten ze echter kunnen terugvallen op de nodige middelen en steun of zich minstens kunnen verlaten op een gunstig politiek klimaat.
Gezien de vele opportuniteiten (economische ontwikkeling, tewerkstelling, bijdrage aan de vooruitgang op het gebied van de gezondheidszorg, ecologische voetafdruk, mobiliteit,…) heeft Agoria de volgende eisenbundel opgesteld:
– it-bedrijven moeten “hoog op de agenda van de Waalse overheid” worden geplaatst. Die laatste wordt verzocht “een regionaal beleid op het vlak van it uit te werken” (Agoria stelt een rondetafel voor die de uitdagingen en obstakels voor de ontwikkeling van de sector identificeert. Zo kan worden bepaald welke maatregelen getroffen moeten worden).
– de politieke verantwoordelijken moeten een meer systematisch en uitgebreid gebruik van it voorstaan zodat de productiviteit van de regio in verhouding tot de andere Europese regio’s niet (langer) wordt beknot.
– er moet aanhoudend geïnvesteerd worden in R&D en meer bepaald in engineering en toepassingsontwikkeling, “de sterke punten van de lokale spelers”. Die R&D moet kunnen steunen op de bestaande “mobiliserende en specifieke programma’s van de competitiviteitspools”.
– de spelers moeten steun krijgen voor “de ontwikkeling van een economische strategie om de innovatie te versnellen” (Agoria denkt meer bepaald aan de creatie van “belangengemeenschappen”, georganiseerd rond “belangrijke technologische thema’s”).
– er moeten zogenaamde ‘living labs’ gecreëerd worden “die het mogelijk maken de innovatieve producten en oplossingen die zich in de laatste ontwikkelingsfase bevinden, in een zo goed als realistische situatie te testen. Dat zou een geweldige vooruitgang betekenen voor kmo’s waardoor met name de ontwikkeling van producten kan geoptimaliseerd worden en er minder tijd nodig is om het product op de markt te brengen, bv. voor intelligente transportsystemen”.
– er moet voorrang gegeven worden aan “lead market”-concepten zoals smart grids, e-gezondheid, intelligente gebouwen…) en aan vernieuwende aanbestedingen zodat lokale, vaak kleine spelers, ook een kans krijgen.
– het overheidsbudget moet ‘aanzienlijk’ worden uitgebreid.
– er moet een publiek-private actie tot stand komen om het imago van de it bij jongeren te verbeteren.
– de realisatie van ‘sterke synergieën’ tussen it-spelers (bv. via de ‘clusters’) moet verder ondersteund worden om de sector structuur te geven en het innovatieve en internationale potentieel van de bedrijven te versterken.
Ten slotte vraagt Agoria de Waalse publieke instanties niet te allen prijzen open source op te leggen of voorrang te geven maar zich eerder te concentreren op de implementatie van oplossingen gebaseerd op open standaarden. Door open source op te leggen “dreigen de openbare instanties onnodig een politieke dimensie te geven aan een beslissing die genomen hoort te worden op basis van technologische criteria en de marktsituatie. Alle toepassingen, commercieel of open, moeten tegen elkaar afgewogen worden op basis van functionaliteit en de waarde die ze de klanten bieden”.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier