Amerikaanse politici stellen eigen dataprivacywet voor
Twee Amerikaanse politici hebben een wetsvoorstel ingediend dat Amerikaanse burgers voor het eerst een basisrecht op privacy geeft voor hun online data.
Het wetsvoorstel komt er zo’n vierentwintig jaar nadat de telecomwaakhond FTC voor het eerst vroeg om een privacywetgeving in te voeren. Als het wetsvoorstel, dat door een Democraat en een Republikein werd ingediend, wordt aangenomen, zouden Amerikaanse burgers dus voor het eerst een federaal recht op privacy krijgen. Bepaalde staten, zoals Illinois en Californië, hebben al wel regionale regels rond dataverbruik.
De data van veel Amerikanen kan momenteel makkelijk worden gedeeld en verkocht aan de hoogste bieder. De nieuwe federale standaard zou dataverkopers aan banden leggen, maar ook techplatformen, telecomproviders en andere organisaties waarmee je op het internet interageert. Alleen kleine bedrijven en overheidsorganisaties vallen buiten de regelgeving.
Amerikaanse GDPR
Het nieuwe voorstel lijkt, niet toevallig, op een Amerikaanse versie van de Europese databeschermingsregeling, de GDPR. Ze laat gebruikers onder meer kiezen om geen gerichte advertenties te krijgen, en verbiedt het doorsturen van gevoelige persoonlijke data van Amerikaanse burgers aan derde partijen. Zo zouden locatiedata, financiële en biometrische gegevens, kalenders en telefoonlogs niet langer mogen worden doorgestuurd zonder expliciete toestemming.
Vraag is natuurlijk of en wanneer de wet er zal komen. De Federal Trade Commission vroeg in 2000 al om strengere regelgeving rond online privacy in de VS, maar die onderhandelingen verzandden jarenlang door politiek gekibbel en gelobby van grote techplatformen. Het privacyschandaal rond Cambridge Analytica en Facebook, en meer recent zorgen over de invloed van vooral Chinese techbedrijven, hebben de urgentie van zo’n regeling echter duidelijker gemaakt voor veel politici in de VS.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier