Lidstaten kunnen Uber voortaan reguleren als ‘transportbedrijf’
‘Uber is een transportbedrijf en geen digitale bemiddelingsdienst’. Dat oordeelt het Europees Hof van Justitie woensdag in een arrest. Daardoor kunnen Europese lidstaten het bedrijf verplichten om met een klassieke taxivergunning te werken.
De beslissing komt er na jarenlang juridisch geworstel met klassieke taxidiensten. Uber beweerde geen vergunningen nodig te hebben omdat het slechts een internetdienst is. Bedrijven die enkel digitale diensten aanbieden zijn vrij om dit te doen. Transportdiensten kunnen echter gereguleerd worden door individuele lidstaten.
Het Uber-platform organiseert en beheert een systeem voor vervoer op aanvraag, redeneert het Hof van Justitie nu. Daardoor, en ook doordat chauffeurs zonder dat platform geen werk hebben, is het veel meer dan een digitale dienst. Daarmee volgt het hof de redenering die haar advocaat-generaal Maciej Szpunar in mei adviseerde.
De zaak was aangespannen door de belangenvereniging van taxichauffeurs uit Barcelona. Die vinden dat Uber hen oneerlijke concurrentie aandoet, omdat de eigenaars of chauffeurs van de wagens niet over klassieke taxivergunningen moeten beschikken.
Het Europees Hof geeft de taxi’s nu gelijk. De uitspraak is een serieuze tegenslag voor het transportbedrijf dat voortaan door Europese lidstaten kan verplicht worden om met een klassieke taxivergunning te opereren. Mogelijk heeft de uitspraak ook invloed op andere ‘digitale’ bedrijven uit de deeleconomie.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier