Filosofe Griet Vandermassen: ’50-50 in IT gaan we niet krijgen, maar dat hoeft niet erg te zijn’

Griet Vandermassen: 'Hoe armer een land, hoe vaker je als vrouw voor IT gaat kiezen'. © Karel Duerinckx
Pieterjan Van Leemputten

De genderkloof in de technologiesector blijft groot. ‘Maar het pure tekort aan vrouwelijke IT’ers is niet noodzakelijk het probleem.’ Data News spreekt met filosofe Griet Vandermassen.

Los van het feit dat de IT-sector te weinig mensen heeft, moet de sector streven naar meer vrouwen? Maakt dat onze wereld beter volgens u?

Griet Vandermassen: Voor een antwoord op die vraag moet je de oorzaak van die onderrepresentatie kennen. Stel dat je kan aantonen dat dat komt door vooroordelen tegen vrouwen of discriminatie in de sector, dan is het zeer goed om voor meer representatie te ijveren. Stel dat het in een andere richting gaat, dan moeten we daar anders over nadenken. En het onderzoek daarrond is behoorlijk overtuigend:

In Amerika en Europa zie je dat in STEM zo’n 30% vrouwen afstuderen. Kijken we naar engineering dan zakt dat naar 20-25% en kijk je specifiek naar IT dan zit dat in beide regio’s rond 15-18%.

Dat komt hoofdzakelijk door twee factoren. De eerste en waarschijnlijk minst belangrijke is het verschil tussen de geslachten rond cognitieve patronen. Als je jongens en meisjes vergelijkt dan zijn ze cognitief grotendeels gelijk, maar als het gaat over visueel ruimtelijk inzicht, dan zijn de verschillen groot. Jongens en mannen scoren van kindsbeen af veel hoger. Hetzelfde geldt voor hogere wiskunde en dat komt natuurlijk van pas in de sector.

Daarnaast zien we een grotere mannelijke variabiliteit in verhouding tot vrouwen. Jongens en mannen scoren vaker zowel extreem hoog als extreem laag op visueel ruimtelijke vaardigheden, hogere wiskundige vaardigheden en intelligentie. Daaruit kan je al verwachten dat meer jongens dan meisjes zullen kiezen voor IT.

Maar de belangrijkste reden is een groot en consistent verschil in interesses tussen de seksen. Dat is al aangetoond van in het begin van de twintigste eeuw en wordt steeds opnieuw bevestigd, ook doorheen verschillende culturen. Jongens hebben meer interesse in technische zaken, meisjes in omgaan met mensen. Dat zie je ook als je kijkt naar hogere studies.

Als het gaat om geneeskunde, diergeneeskunde, biologie, psychologie, pedagogie: alles wat draait om omgaan met mensen en levende materie, daar domineren meisjes. Zodra je afzakt naar disciplines die meer rond het technische draaien, zie je steeds minder meisjes en IT scoort daarop het laagst.

Maar er zijn landen waar het percentage vrouwen dat IT studeert hoger ligt. In Iran studeren bijvoorbeeld meer vrouwen IT dan in Zweden.

Heeft dat te maken met hoe het je kan vooruithelpen in de maatschappij?

Vandermassen: Dat heeft er veel mee te maken. Hoe armer een land, met minder gendergelijkheid, des te vaker je als vrouw voor zo’n richting gaat kiezen of door je ouders in die richting wordt gestuurd.

Waar je in rijkere landen met een andere job nog steeds goed af bent?

Vandermassen: In welvarende, genderegalitaire landen als Zweden heb je meer keuzevrijheid. En daarom is die seksekloof rond engineering en IT net daar het grootste. Je krijgt daar als meisje alle kansen om je eigen interesses te volgen. Wil je een job met financiële zekerheid in een land als Algerije, dan kies je maar beter voor exacte wetenschappen of IT. Niet omdat het je eerste keuze is, maar omdat je een job wil.

Hoe beter het gaat met een land, hoe moeilijker het wordt om vrouwen in IT te krijgen?

Vandermassen: De bevindingen suggereren dat.

Een door mannen gedomineerde sector zorgt ook voor algorithm bias, of dat zaken slecht zijn uitgewerkt voor vrouwen. Hoe moeten we daar mee omgaan?

Vandermassen: Er moeten wel voldoende vrouwen in de sector zijn. Anders krijg je inderdaad situaties dat je producten enkel ontworpen worden vanuit een mannelijke blik.

Maar dat kunnen we tegengaan met andere maatregelen. Zorg er voor dat die producten mee geëvalueerd of getest worden door vrouwen. Bij de Health app van Apple kon je aanvankelijk als vrouw niet ingeven wanneer je je regels hebt, terwijl dat ontzettend belangrijk is voor vrouwen. Blijkbaar waren er geen vrouwen aanwezig bij die besluitvorming. Maar je kan daar wel vrouwen bij betrekken, zonder dat ze een IT’er moeten zijn.

Hoe staat u tegenover quota? Niet noodzakelijk 50/50, maar wel dat een bedrijf een bepaald percentage vrouwen moet hebben.

Vandermassen: Zeker niet in de IT-sector, het aantal vrouwen dat afstudeert komt ongeveer overeen met het aantal vrouwen dat er werkt. Dat geeft aan dat ze evenredig worden aangeworven. Waar ga je ze dan nog zoeken als er quota zijn? Waarschijnlijk bij mensen die minder geïnteresseerd zijn of minder goed presteren. Dan ga je net vooroordelen over vrouwen in IT bevestigen, dus dat zou een heel nefast neveneffect geven.

Moeten we blijven inzetten op initiatieven om jonge meisjes vertrouwd te maken met STEM?

Vandermassen: Ik vind dat zeker belangrijk, ook omdat je meisjes dan toont dat die optie er is. Anderzijds zetten we al zo lang in op die campagnes en de opbrengst is marginaal. Maar het is belangrijk om als maatschappij te doen.

Ik heb hier een boek liggen voor kinderen rond wiskunde met spelletjes en raadsels. Dat is om kinderen te prikkelen voor wiskunde, maar ik denk dat het vooral kinderen aanspreekt die al door wiskunde geboeid zijn. Los daarvan is er ruimte voor verbetering om de exacte wetenschappen aantrekkelijk te maken voor meisjes. Met spelletjes of met theatershows rond wetenschap zoals die van Hetty Helsmoortel. Een 50-50 verdeling in IT gaan we niet krijgen, maar we moeten dat ook niet problematiseren vind ik.

We moeten vrouwen betrekken, zonder te problematiseren dat er ongelijkheid is op technisch niveau?

Vandermassen: We moeten zeker faciliteren, meer vrouwen betrekken, maar niet noodzakelijk als IT’er. Er is dertig jaar lang een studie uitgevoerd naar wiskundig hoogbegaafde meisjes, die zich ook van hun talenten bewust van waren. Maar het bleek dat die meisjes vaak ook verbaal hoogbegaafd zijn. Dit in tegenstelling tot wiskundig hoogbegaafde jongens. Ze hebben dus een veel breder palet aan carrière-opties dan jongens. En het bleek dat ze ook eerder kiezen voor een meer sociale job, zoals advocaat, psycholoog, journalist… omdat het in hun sociale interesse ligt.

Vaak wordt gezegd dat meisjes geen wiskunde volgen omdat ze worden ontmoedigd. Maar uit dat onderzoek blijkt dat ook meisjes die zeer goed weten dat ze er goed in zijn en worden aangemoedigd, vaak toch voor iets anders kiezen. Je kan dat niet zomaar sociaal afdwingen of je moet al heel autoritair werken.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content