Dankzij een agressief prijsbeleid en steeds meer vooruitstrevende technologie baant de Chinese fabrikant van telecomapparatuur zich over de hele wereld een weg. In eigen land telt het bedrijf al klanten als Proximus en Mobistar, en mikt het nu op een nieuwe markt: de ondernemingen.

Telecomfabrikant Huawei zag zijn orders in 2007 met 45 procent toenemen tot 16 miljard dollar, tot grote nijd van concurrenten als Alcatel-Lucent, Ericsson en Nokia. De Chinese groep treedt zo toe tot het zeer selecte clubje van spelers die ertoe doen. Meer dan de helft van alle grote telecomoperatoren in de wereld (British Telecom, Telecom Italia, enz.) is klant bij Huawei. Het bedrijf is zowel actief in de sector van de netwerkinfrastructuur als die van mobiele en vaste terminals.

Sinds 2006 laat Huawei zijn oog ook vallen op de Belgische markt via de zetel in Nederland. Inmiddels opende het bedrijf een kantoor in Brussel waar nu zo’n 30 medewerkers werken, waarvan de helft rechtstreeks uit China is overgekomen. Daarnaast stuurt Huawei regelmatig een aantal Chinese ingenieurs voor een paar dagen naar ons land om de technische aspecten van bepaalde contracten te overzien.

3G voor Mobistar

Het bedrijf werkt met alle operatoren in België. Het grootste contract in ons land (een paar miljoen euro) slaat op de levering van strategische elementen voor het 3G-netwerk van Mobistar. Proximus van zijn kant heeft Option, zijn gebruikelijke leverancier van datakaarten voor laptops, de concurrentie laten aangaan met Huawei. Die laatste levert een deel van zijn voorraden via Vodafone, dat een samenwerkingscontract heeft afgesloten met het Chinese bedrijf. Dat contract mag dan al om kleine hoeveelheden gaan, bij Proximus werd de deur op een kier gezet om “gesprekken aan te knopen met Huawei, net zoals met andere materiaalfabrikanten.” De troeven van de Aziatische reus? “Ze zijn volledig mee met volwassen technologieën”, benadrukt een van de klanten. “Bovendien is het een jong bedrijf op deze markt, dat extra inspanningen levert om zich flexibel op te stellen en de betrouwbaarheid van zijn oplossingen aan te tonen.” Minstens even doorslaggevend allicht zijn de tarieven: hoewel Miao Fan, managing director Benelux van Huawei, weerlegt dat zijn bedrijf low cost zou zijn, speelt het kostenplaatje vaak bij aanbestedingen, tot grote ergernis van de concurrenten. “Het gebeurt regelmatig dat de Chinezen 30 of 40 procent goedkoper zijn”, zegt een waarnemer. “Daardoor kunnen ze de prijzen op de markt onderuit halen en hun concurrenten verplichten om hun marges te verkleinen.”

Naast goedkope, geschoolde arbeidskrachten in China, kan Huawei ook rekenen op een kredietlijn van 10 miljard dollar van de staatsbank China Development Bank. Daardoor is het bedrijf ook de internationale toer opgegaan. Volgens Current Analysis “bedroeg de verkoop buiten China in 2000 slechts 8 procent van het totaal; in 2006 was dat al 35 procent.” Deze zoektocht naar nieuwe markten zou de rendabiliteit van Huawei wel lichtjes hebben aangetast, met marges die tussen 2005 en 2006 met de helft gekrompen zouden zijn.

Een R&D-centrum in België?

De bescheiden omvang ten spijt is de Belgische markt belangrijk voor Huawei: “Wij nemen deze markt zeer ernstig”, benadrukt Miao Fan. “We gebruiken hem als demonstratiemarkt voor andere landen en verwachten er een mooie groei. We zijn overigens van plan om 10 tot 15 personen extra aan te werven.” Naast de operatoren hoopt Huawei ook meer en meer ondernemingen te kunnen overtuigen. Daarom is het actief op zoek naar geschikte distributiekanalen. De managing director overweegt ook het idee om bij ons een klein centrum voor onderzoek en ontwikkeling te vestigen. Het is een van de pijlers van het internationale beleid van de Chinese gigant: van de 64.000 werknemers is bijna de helft actief in R&D-centra, waarvan het grootste in Europa zich in Stockholm bevindt. Jaarlijks gaat 10 procent van de omzet naar onderzoek en ontwikkeling.

Christophe Charlot

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content