Pieterjan Van Leemputten

Ze leidt een it-bedrijf met 44 mensen, maar is amper 35 jaar. Informatica was niet haar eerste keuze, maar haar studies lokten de passie. Haar bedrijf kent u misschien niet, maar u heeft minstens één keer per jaar een van haar eindproducten in handen. Ze begon als ‘dochter van’, maar drukt vandaag haar eigen stempel op het familiebedrijf. Dat alles maakt van Joke Dehond, ceo van Inventive Designers, de gloednieuwe ICT Woman of the Year 2015.

Was je voorbestemd om bij je vader aan de slag te gaan?

JOKE DEHOND: “Niet meteen. In mijn thesisjaar zat ik bij een grote multinational. Maar dat was een log bedrijf en niet de sfeer waar ik van hield. Het was gewoon mijn ding niet dus heb ik toch besloten om bij mijn vader te gaan werken waar ik in het technisch team terechtkwam. We zaten in een ploeg van vier mensen en omdat we met een nieuw product bezig waren, moesten we alles zelf doen: van presales tot demo’s, presentaties enz… Maar na een paar jaar heb ik het technische wel achter mij gelaten en meer gefocust op de business. Maar het is wel een groot voordeel dat ik zelf geprogrammeerd heb en mee installaties of support hebt verzorgd.”

Zo’n tien jaar later werd je CEO, lag dat plan er al lang?

DEHOND: “Daar zijn we toch lang mee bezig geweest. Eenvoudig is het niet want naast het financiële aspect is er ook het emotionele. De overlater (vader Guy Dehond, nvdr) moet het kunnen lossen en jij moet je eigen accenten leggen. Maar je bereidt dat ook voor in de familie en we hebben daar samen ook een opleiding voor gevolgd, we hebben met veel adviseurs gesproken en erover gelezen. Daar zie je voorbeelden van hoe het wel en niet moet. Maar dan komt het moment dat je als jongere generatie er echt voor wil gaan en de oudere generatie het kan loslaten.”

Hoe vertaalt zich dat op de werkvloer?

DEHOND: “Bij een overname wil je als ceo sowieso je eigen accenten leggen. Maar het bedrijf heeft ook waarden die je absoluut wil behouden. Eigen ip opbouwen, innovatief en kwalitatief zijn en mikken op een goede samenwerking met je klanten. Daar raken we niet aan. Van mijn mensen verwacht ik wel meer inbreng. Ze moeten niet enkel betrokken zijn bij hun job maar bij het hele bedrijf. En proactief meedenken over hoe we kunnen verbeteren. We hebben een aantal initiatieven binnen het bedrijf om mensen van verschillende afdelingen te laten brainstormen over een bepaald topic, bijvoorbeeld organisatiestructuur of het lead management process. En zo hopen we dat er nieuwe leiders opstaan binnen onze organisatie.”

Heb je je binnen het bedrijf moeten bewijzen als dochter van de baas?

DEHOND: “In het begin wel. Maar je hebt dat voor een groot deel zelf in de hand. Iedereen moet zich bewijzen en voor de ‘dochter van’ is dat niet anders. Ook na de overname was dat het geval: ik heb een andere stijl, maar dat is niet fout want je gaat dingen anders aanpakken. Bovendien is het vandaag een ander bedrijf.”

Heeft het glazen plafond je ooit belemmerd?

DEHOND: “Binnen het bedrijf niet. Maar ook daarbuiten niet meteen. De plaats waar ik nog het vaakst op vooroordelen stootte was op de unief. Als ik daar met andere vrouwen over praat dan hoor ik overigens hetzelfde. Er is nog steeds een kloof tussen mannen en vrouwen. Dat is erg en daar moeten we aan werken. Maar we moeten het ook nuanceren: Als je gepassioneerd bent door it, dan is er plaats voor jou in de sector. Maar mensen verwachten het niet altijd. Ik ben een jonge vrouwelijke ceo met een technische achtergrond en dat kom je niet vaak tegen. Daarom verwarren mensen mij wel eens met de secretaresse, of krijg ik soms e-mails uit het buitenland waar ik word aangesproken als ‘meneer’.”

“Als vrouw heb je daar trouwens ook verantwoordelijkheid in. Het is niet omdat er een glazen plafond is, of iemand zegt je dat iets niet kan, dat je je daarnaar moet schikken. Je moet je niet (zozeer) als vrouw opstellen, maar als individu dat door opleiding en hard werken ervaring en competenties heeft vergaard en een standpunt inneemt. Je moet er staan en overtuigd zijn van je eigen kunnen. En vechten. Dat gaat zo in de zakenwereld, ook voor een man. Dat klinkt hard, maar vrouwen hebben de verantwoordelijkheid dat ze zich niet mogen laten doen.”

“Belangrijker dan de vrouw-man verhouding is diversiteit. Wij hebben zeven nationaliteiten op 44 werknemers. Je maakt niet gewoon een product, je luistert naar de klant, probeert het probleem te begrijpen en dat te mappen op je product. Dat vereist dat je mensen met verschillende skills en groeipotentieel in huis hebt, vrouwen of mannen.”

Jij bent CEO, je man Klaas Bals is CTO maar leidt ook mee het bedrijf. Zijn vrouwen betere ceo’s?

DEHOND: “Dat is niet iets mannelijk of vrouwelijk. Bij ons is er een rolverdeling. Ik profileer me meer als ceo, hij meer als cto en dat maakt dat strategische zaken zoals de raad van bestuur of netwerken eerder bij mij zitten. Maar ik denk niet dat je kan stellen dat een vrouw per definitie beter is. Je moet wel weten waar je naartoe wil en hoe je met mensen omgaat. Vrouwen hebben daar misschien een betere voeling bij. Maar je kan die eigenschappen even goed bij mannen terugvinden. Dat kan je niet generaliseren. Bovendien is dat heel hard geëvolueerd. Bij mannen is er nu veel meer ruimte voor soft skills dan vroeger.”

Verschilt jullie aanpak?

DEHOND: “De visie is dezelfde. Het is zoals met kinderen opvoeden, elk heeft aandacht voor iets anders, maar we staan er niet anders tegenover. Dat we met twee het bedrijf leiden is geen probleem, ook niet voor de work/life balance. We willen er alle twee zijn, we vangen elkaar op. Dit was een zeer drukke week voor mij, maar dan vangt hij een aantal zaken op.”

De man met wie je samen bent, is ook de man met wie je het bedrijf leidt. Dat is niet altijd zonder risico. Denk je daar over na?

DEHOND: “Voor mij is er maar één keuze: alles of niets. Het is trouwens ook mede door zijn inspanningen dat we vandaag staan waar we staan. Het succes van Inventive Designers aan mij ophangen zou niet correct zijn tegenover hem of tegenover onze medewerkers. Dat is het gevolg van jarenlang met een hele ploeg samenwerken. ”

Zie je jezelf bij het bedrijf blijven, bijvoorbeeld als er een overnemer langskomt?

DEHOND: “De afgelopen jaren zijn er enkele kandidaat-overnemers komen aankloppen, maar we zijn daar niet op ingegaan. Wij hebben als ondernemers eerst nog een eigen missie waar te maken. Als we Inventive Designers ooit verkopen dan wordt het een ander bedrijf, maar verkopen is geen doel op zich. We willen groeien en verder ontwikkelen. Als het nodig zou zijn voor de onderneming of voor onze mensen om op te gaan in een grotere groep, dan zouden we dat wel overwegen. Maar ik zie mezelf nog niet zo snel vertrekken.”

Is dat het DNA van een familiebedrijf?

DEHOND: “Ja.”

Je komt uit een familie van ondernemers. Speelt dat ook een rol?

DEHOND: “Mijn grootouders hadden een diamantslijperij, mijn vader had voor Inventive Designers al een bedrijf en we zitten in een familie van vrije beroepen en zelfstandigen. Dat maakt de stap om zelf ondernemer te worden makkelijker dan bij iemand anders. België is bovendien niet de aantrekkelijkste omgeving qua fiscaliteit, onderwijs of mobiliteit. Het grote publiek krijgt ook niet altijd het correcte beeld van wat ondernemen is. Voor elke ondernemer die in de schijnwerpers staat, zoals Dries Buytaert heb je honderden lokale kleinere ondernemers die ook heel succesvol zijn in hun eigen business. En bij sommige ondernemers lukt het niet, of niet meteen, maar dat is ook geen schande. Het is niet altijd rozengeur en maneschijn.”

In december trad Dries Buytaert, een studievriend, toe tot de raad van bestuur. Begin dit jaar nam je Omar Mohout en Pieter Casneuf op in je adviesraad. Welke richting wil je uit met hun aanwezigheid?

DEHOND: “We willen verder groeien en evolueren. We hebben een goed marktaandeel in België, maar we zijn geen groot bedrijf. De Belgische markt wordt op een bepaald moment te klein en we hebben al internationale klanten, alleen moeten we buiten de grenzen proactiever te werk gaan, met mensen zoals hen aan onze zijde. We willen een beleid uitstippelen en internationaliseren met behulp van partnerships. Het tweede aspect is schalen zodat je meer klanten kan bedienen. Op de trend van SaaS en cloud zitten onze klanten nog niet te wachten. Vaak omdat ze in sectoren als banking en overheid er nog weigerachtig tegenover staan. Maar de wereld gaat er wel naar toe. Daarom hebben we nu een hybride oplossing. Maar hoe gaan we dat omdraaien naar een echte cloudoplossing? Als je dan kijkt wie ervaring heeft met enterprise software en partnerships? Dan is dat Pieter Casneuf met ADAM. Omar kent zijn weg in SaaS en de verkoopsmodellen errond en Dries weet ook hoe je internationaal partnerships opzet en in de cloud gaat. Bovendien weet hij als geen ander wat groeien inhoudt.”

Je leidt vandaag een bedrijf met 44 werknemers dat actief is in bijna twintig landen. Blaas je ook stoom af?

DEHOND: “2014 was een superdruk jaar. We zijn de afgelopen twee jaar met 27-28 procent gegroeid in omzet. Er zijn een tiental mensen bijgekomen en iedereen wordt daardoor uitgerekt. Dan moet je tijd maken om stoom af te blazen. Dat zeg ik ook intern. Ontspan je, neem af en toe afstand want anders geraak je uitgeput en zit je voor je het weet met een burn out. Dit jaar krijgen mijn teamleaders de kans zich door een consulent te laten coachen. Dat is nieuw, dus we stimuleren hen om die kans te grijpen. Ik probeer ook duidelijk te maken dat mensen het ten allen tijde mogen zeggen als het te veel wordt.

Waar besteed je zelf tijd aan als het werk niet roept?

DEHOND: “Aan de kinderen (Dehond heeft samen met Klaas Bals twee zoontjes van 5 en 8, nvdr). Ik lees ook graag, en veel! Daarbuiten zit ik in de raad van bestuur van Technopolis en ADM, waar we nu kijken naar een track rond customer engagement. Voorts ben ik bezig met Boost, een programma van de Koning Boudewijnstichting waarmee we kansarme jongeren helpen in hun schooltraject. Ze worden gecoached en begeleid zodat ze alle kansen krijgen om verder te gaan studeren. Dat programma focust op de high potentials die anders door de mazen van het net zouden vallen. Als coach proberen we hun wereld te verruimen door hen te laten kennismaken met de zakenwereld, cultuur… En af en toe ga ik sporten. Pilates, lopen, verschillende dingen eigenlijk, maar niets intensief of competitief.”

Je bent informaticus van opleiding, je leidt een IT-bedrijf. Maar je raakte pas gepassioneerd voor het vak tijdens je studies. Hoe ben je dan toch in die richting beland?

DEHOND: “Ik wou eigenlijk burgerlijk ingenieur/architect worden. Ik was ingeschreven voor het toelatingsexamen maar ik had geen zin om er voor te studeren. Zeker nadat ik klaar was met mijn examens van de middelbare school. Ik had op dat moment geen passie voor informatica, maar het leek me toen ook wel tof om te doen en mocht het niets worden dan werd het sowieso geen weggesmeten jaar omdat je die inzichten altijd wel kan gebruiken.”

Maar dat viel dan toch beter mee dan verwacht?

DEHOND: “Ja! Het was veel theoretischer, er kwam veel meer wiskunde en fysica bij kijken dan ik dacht. Wiskunde was trouwens het hoofdvak, daar heb ik toen nog mee afgezien.”

“Nadien, toen ik al even werkte, heb ik nog een paar opleidingen gevolgd, waaronder een b2b-marketingopleiding bij Vlerick. Dat moet ook wel, want je studeert af en dan weet je nog niks. Na wat praktijkervaring besef je wat je extra nodig hebt.”

Zou je vandaag voor een ander parcours kiezen?

DEHOND: “Mocht ik het opnieuw doen dan zou ik eerst ergens anders gaan werken. Ik heb geen ervaring met andere bedrijven en dat zou wel geholpen hebben.

Pieterjan Van Leemputten

“Bij een overname wil je als ceo je eigen accenten leggen. Maar het bedrijf heeft ook waarden die je absoluut wil behouden.”

“De afgelopen jaren zijn er enkele kandidaat-overnemers komen aankloppen, maar we zijn daar niet op ingegaan.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content