Guy Kindermans Guy Kindermans is freelance journalist bij Data News.

Van ‘the biggest’ wil Inbev ook ‘the best’ brouwerijgroep worden, wat dan weer zoveel betekent als de ‘meest winstgevende’. Hiervoor rekent de Belgisch-Braziliaanse groep onder meer op een uniforme, over heel Europa verspreide SAP-gesteunde ‘backend’. Voor het project tekent Wim Willems, IS director for European ERP.

Een niet te onderschatten klus, want Inbev heeft de voorbije jaren onder meer via overnames nogal wat nieuwe en snelgroeiende afzetmarkten, zoals Rusland, aangeboord. Het resultaat is dat Willems en co voor de opdracht stonden een enkel erp-systeem te creëren dat een waaier aan systemen van verschillende maturiteit moet vervangen in gebieden met verschillende marktontwikkelingen. Een eerste taak was uit die jungle van systemen, procedures en dies meer de hoofdprincipes te distilleren, om die vervolgens te formaliseren in een prototype en nog later in een ‘sjabloon’ die in heel Europa conform de lokale noden kon worden geïmplementeerd. De grootste landen bepaalden goeddeels deze ‘sjabloon’ die uiteindelijk tegen 2010 in zijn lokale versies samen een 8 à 9.000 gebruikers zal ondersteunen op één enkele ‘instance’ van SAP.

Een massa data

Bij een dergelijk project kan je alle hulp gebruiken. Voor Willems was dat de Master Data Management (MDM) tool van SAP. Het belang daarvan als ‘implementatieversneller’ onderstreepte hij op het recente Sapience gebruikersevent in Brussel.

Een lokaal implementatieproject start immers met een fase waarin eventuele verschillen tussen het sjabloon en de reële noden worden onderzocht, waarna die worden weggewerkt. Hiervoor moeten ook de bestaande data worden gerecupereerd en voor die dataconversie wordt de MDM-tool aangewend, en dus “niet voor operationeel databeheer,” aldus Willems.

Aangezien een implementatie steeds lokaal wordt uitgevoerd maar centraal ondersteund, beschikt Willems ook over een centraal MDM-expertteam. Dat zit samen met de lokale mensen om de beschikbare data te ‘mappen’ op de nieuwe noden, desgewenst gevolgd door een aanvulling of opkuis van de data. Vervolgens kan dan de dataconversie worden uitgevoerd conform de regels die vastgelegd werden in MDM, waarna een ‘kwaliteitscontrole’ volgt door “iemand die de data echt door en door kent. ”

Cruciaal is “voorbereiden, voorbereiden, voorbereiden en de tool gebruiken,” klinkt het advies. En bij voorkeur een goed doordacht gebruik van de tool. “We hebben MDM niet voor alle dataobjecten aangewend, maar wel voor de belangrijkste, zoals ‘customers’, ‘vendors’ en ‘materials’. Bij die drie sorteerde de tool het meeste effect. ”

De keuze voor MDM

Zodra de nood aan een tool duidelijk wordt, moet de keuze snel en al bij de aanvang van het project worden gemaakt. Voor Inbev was dat “nog tijdens de fase waarin het sjabloon werd uitgewerkt,” aldus Willems, “en niet pas bij de eerste conversie. ” Concreet werd gekozen voor MDM omwille van de overeenkomst met het R/3 backend datamodel en omdat het conform de beoogde methodologie was. “Zo konden we de conversie als het ware industrialiseren,” wat gezien het aantal conversies – 64 in totaal, inclusief testen – geen overbodige luxe was. Bovendien bood MDM ook ondersteuning voor verschillende talen (inclusief cyrillisch). MDM was niet lacunevrij (onder meer inzake cachegeheugen bij dataconversies), maar hoe dan ook een tool die zijn diensten bewezen heeft bij het standaardiseren van de conversie en datacontrole.

Hoe SAP de ontwikkeling en implementatie van een Enterprise SOA ziet met behulp van producten uit eigen stal, kunnen belangstellenden uitgebreid lezen in ‘Enterprise SOA, Designing IT for Business Innovation,’ door Dan Woods en Thomas Mattern, O’Reilly, 2006.

Guy Kindermans

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content