30 jaar informatica-onderwijs

Is er iets veranderd in het informatica-onderwijs in de voorbije 30 jaar? De anciens onder ons zullen deze vraag natuurlijk met een volmondig “ja” beantwoorden.

Is er iets veranderd in het informatica-onderwijs in de voorbije 30 jaar? De anciens onder ons zullen deze vraag natuurlijk met een volmondig “ja” beantwoorden.

Dertig jaar terug was informatica synoniem voor de programmeertaal Fortran. Het onderwijs was erop gericht om een werkend programma af te leveren. Hoe het programma werd geschreven was niet zo belangrijk: het programma moest gewoon werken!

In de jaren tachtig werd het informatica-onderwijs aangevuld met ‘technologische’ vakken. Een informaticus moest natuurlijk nog steeds behoorlijk kunnen programmeren. Basic, en vooral Pascal, stonden nu op het menu van de informaticastudent. Eindelijk groeide het besef dat ‘goed’ programmeren niet zo gemakkelijk was. Programmeren werd als een kunst voorgesteld. Het was niet meer voldoende dat een programma feilloos werkte. De kwaliteit van een programma werd nu geëvalueerd op modulariteit en gestructureerdheid. En het curriculum werd uitgebreid met nieuwe technologische onderwerpen, zoals: databanken, computernetwerken, systeemsoftware,… Ook stond meestal al een cursus ‘analyse’ op het programma. Die bleef echter vaag, was weinig interessant voor de informaticastudent, en zeker ondergeschikt aan de technologische component in de opleiding. Informatica was namelijk een technologische discipline…

De technologie is nog steeds onderdeel van heel wat informatica-opleidingen. De technologische vakken zijn natuurlijk heel sterk geëvolueerd. Het onderwijs heeft steeds de trends gevolgd die de it-reuzen ons voorschotelen: objectgeoriënteerd programmeren, relationele databanken, datawarehousing, internet- en intranettechnologieën,… zijn modewoorden die in elk degelijk opleidingsprogramma voorkomen. De hogescholen blijven deze technologiecomponent koesteren. En wellicht terecht: Er is nog steeds nood aan goed opgeleide informatici met een uitgesproken technologische background.

Deze technologiecomponent is afgezwakt in de universitaire informatica-opleidingen. Vooral de opleiding ‘Handelsingenieur in de Beleidsinformatica’ heeft bewust gekozen voor de vorming van ‘business architecten’: studenten die hun technologische kennis combineren met een uitstekende kennis van het bedrijfsleven. Deze opleidingen leggen de nadruk op Business Process Modeling (BPM), Service Oriented Architecture (SOA), Unified Modeling Language (UML),… Dit zijn de onderwerpen die de technologie overstijgen en die de studenten voorbereiden voor een loopbaan op de grens tussen het it-departement en de andere departementen binnen het bedrijf: de ‘business’ tout court. De opleiding ‘Handelsingenieur in de Beleidsinformatica’ voegt daar nog een managementcomponent aan toe. ICT Governance en computer audit zijn dan de cursussen die de studenten de principes van ‘goed (it-)bestuur’ moeten bijbrengen. Op deze manier situeert de opleiding zich perfect op het raakvlak tussen technologie, bedrijfskennis en management. Tegelijk levert ze een van de profielen op die hoog op het verlanglijstje van Agoria staat.

Al 30 jaar stuurt de industrie verwijten naar het onderwijs over opleidingsprogramma’s die niet, of onvoldoende, zijn aangepast aan hun noden. Wat wil de industrie dan precies? Moet het onderwijs aan de studenten leren hoe ze de knopjes in standaardpakketten kunnen aan- en uitzetten? Die vraag uit de industrie is dan ook volledig onterecht. Want elk softwarepakket is een tijdelijk leven toebedeeld. Het grondig aanleren van een pakket heeft dan ook heel weinig zin. Het hoger onderwijs moet de middelen krijgen om het analyserend vermogen aan te scherpen en om concepten en denkpatronen bij te brengen. Dit blijft nog steeds de beste algemene voorbereiding naar veel it-functies.

Het hoger en universitair onderwijs mag vaardigheden op het vlak van communicatie en van rapportering niet verwaarlozen. Stijlvol, beknopt en ‘to-the-point’ communiceren, presenteren en rapporteren, in meerdere talen, zijn deugden die elke it’er zouden moeten bezitten. Eindverhandelingen blijven dan ook een wezenlijk deel uitmaken van degelijk informatica-onderwijs. Dergelijke grotere projecten stimuleren de jeugd om projectbeheer in de praktijk toe te passen. De verworven projectervaring bij het maken van een eindverhandeling of bij het uitwerken van een grootschalig project is een goede voorbereiding voor later.

En wat met het lager en middelbaar onderwijs? Verwijder de saaie, technische, knopjes-drukkende vakken uit het vakkenpakket en verplicht de leraren en onderwijzers om informatica te integreren in hun opleidingspakket. E-mail, chat, iTunes, Google, MSN,… vormen immers de huidige leefwereld van de kinderen. Leer hen om deze fantastische wereld op een creatieve en explorerende manier te ontdekken.

Carlos De Backer is hoogleraar aan het Departement Beleidsinformatica van de Universiteit Antwerpen. Naast een uitgebreide onderwijs- en onderzoeksopdracht binnen de universiteit zet hij zich in om informatica toegankelijk te maken voor een breed publiek. In dit kader zijn zijn medewerking aan de TV-uitzending “Het ABC van de Computer” (BRT-RVA) en zijn inzet als stichter van de vzw βeta (ict-opleidingen voor werkzoekenden) ruim bekend. Als secretaris van het SAI is hij daarnaast sterk betrokken bij de organisatie van ict-opleidingen op hoog niveau. Hij is ook al jarenlang lid van de redactieraad en van de jury van de ‘ICT Manager Contest’ van Data News.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content