Dubbel zoveel gsm’s als vaste lijnen

Hoewel de fikse groei er al even uit is, blijft de verkoop van gsm’s het goed doen. Dat gaat evenwel ten koste van de vaste telefoonlijnen. Dat leidt De Tijd af uit cijfers van het Raadgevend Comité voor de telecommunicatie en het BIPT, de toezichthouder op de Belgische telecomsector.

Hoewel de fikse groei er al even uit is, blijft de verkoop van gsm’s het goed doen. Dat gaat evenwel ten koste van de vaste telefoonlijnen. Dat leidt De Tijd af uit cijfers van het Raadgevend Comité voor de telecommunicatie en het BIPT, de toezichthouder op de Belgische telecomsector.

Het succes van de gsm maakt dat het aantal vaste telefoonlijnen al sinds 2000 aan het dalen is. De daling wordt de voorbije jaren nog in de hand gewerkt door de opkomst van internettelefonie. Dat maakt dat er in 2000 voor het eerst meer gsm’s dan vaste lijnen in gebruik waren, en dat er eind vorig jaar nu ook voor het eerst dubbel zoveel gsm’s als vaste telefoonlijnen actief waren.

Welgeteld 9,38 miljoen mobiele bellers waren er in ons land tegenover 4,72 miljoen klanten van de vaste lijn – de klassieke telefoonlijn van Belgacom, ISDN-verbindingen en telefoonaansluitingen van Telenet. Het aantal vaste lijnen nam in 2006 met 1,2 procent af, ondanks pogingen van de telefoonbedrijven om de vaste lijn door middel van allerlei promoties weer aantrekkelijk te maken. Eind 2006 waren er nog 44,9 vaste telefoons per 100 Belgen. Om je een idee te geven: in 1999 ging het nog om 49 procent. De gsm-markt groeide daarentegen verder met 6,5 procent, waardoor bijna 90 procent van alle Belgen nu een mobieltje op zak heeft. Om de vergelijking met 1999 nog eens door te trekken: toen was dat nog maar 31 procent.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content