Het internet der dingen: Hoe futuristische films sneller dan gedacht realiteit werden
Het is een boutade, maar het internet der dingen komt er aan. Na de mobieltjes, de wearables en de connected cars, worden straks alle mogelijke apparaten op het netwerk aangesloten. Op het Mobile World Congress kregen we al een klein voorsmaakje.
Draagbare computers, gepersonaliseerde reclameborden en zelfrijdende wagens: tot voor kort waren het allemaal dingen uit futuristische films zoals Minority Report, waarvan we dachten dat het nog decennia zou duren eer ze realiteit zouden worden.
Op het Mobile World Congress werd het echter duidelijk dat we ons misrekend hebben. Nu er een steeds uitgebreider arsenaal geconnecteerde toestellen opduikt, mobiele netwerken alsmaar slimmer worden dankzij ingebouwde sensoren, cloud computing en big data, zijn we wel degelijk in het tijdperk van het internet der dingen aanbeland.
Gartner ziet het aantal geconnecteerde toestellen in de wereld ook toenemen van 4,9 miljard in 2015 tot 25 miljard in 2020 (zonder pc’s, tablets en smartphones geteld). IDC gaat er dan weer van uit dat de markt voor IoT-oplossingen gaat groeien van 1,9 triljoen dollar in 2013 tot 7,1 triljoen in 2020.
Hoeft het in een dergelijke context te verbazen dat zowel operatoren, chipbakkers, technologieboeren als internetbedrijven op alle mogelijke manieren proberen om, elk vanuit hun eigen sterkte, een voorsprong te nemen in dit nog jonge domein? Want wie straks de lead neemt, zou wel eens op een kip met gouden eieren kunnen stuiten.
Slimme steden, betrouwbare netwerken
Het kernconcept achter het IoT is dat alles aan elkaar en aan het net kan worden gelinkt. De klassieke operatoren geloven graag dat ze een centrale rol zullen spelen, al was het maar omdat ze overal 4G-netwerken hebben uitgerold, en we straks naar de nog veel snellere en meer betrouwbare 5G-variant evolueren.
5G zou het alleszins makkelijker maken om voorwerpen aan elkaar te linken. Neem het voorbeeld van een slimme stad die in real time informatie over het vastlopen van het verkeer oppikt en bliksemsnel ingrijpt.
Om zoiets te kunnen doen moet een netwerk snel, stabiel én betrouwbaar zijn. En dan is 5G geschikter dan 4G. Of zoals Huawei-ceo Ken Hu het verwoordde in Barcelona: “Voordat een auto met 4G kan reageren op een noodsignaal is hij aan een snelheid van 100 km per uur al 1,4 meter verder. Met 5G zou dat maar 2,5 centimeter zijn.”
Sigfox verovert de wereld
Wat opviel in de Catalaanse hoofdstad was dat het initiatief voor IoT-toepassingen niet enkel kwam van bedrijven van wie je het zou verwachten. Underdogs zoals Sigfox zijn duidelijk niet bereid om te wachten op 5G of op het moment dat er een gemeenschappelijke ‘toestellentaal’ opduikt.
Overigens, wat dit laatste betreft, zijn er intussen al zoveel IoT-allianties opgericht die allemaal hun standaard pushen, dat we de tel een beetje kwijt zijn. Onlangs nog trad ook Proximus toe tot zo’n alliantie (de ‘LoRa Alliance’), naast spelers als IBM en Cisco.
Maar goed, Sigfox dus. Dat bedrijfje rolt overal in de wereld (ook in België) goedkope low energy netwerken uit via dewelke sensoren, elektriciteitsmeters en zelfs wasmachines aan het internet gekoppeld kunnen worden.
Sensoren die Sigfox ondersteunen, concurreren zo met de m2m-kaarten die de traditionele operatoren aanbieden voor smart metering, mobility en smart cities, alleen zijn ze een pak goedkoper en gaan ze tot 10 jaar mee.
“Wij zijn de Twitter van de telecom”, vertelde oprichter Ludovic Le Moan van Sigfox in de marge van het MWC, “en maken het mogelijk om piepkleine datapakketjes te transporteren. Foto’s of chatsessies kunnen simpelweg niet over ons netwerk gestuurd worden. Dat is ook niet de bedoeling.”
Panasonic wordt MVNO
Panasonic pakt het ietwat anders aan, en stelde in Barcelona een eigen virtueel mobiel netwerk voor geconnecteerde toestellen voor. De Japanse toestellenfabrikant moet zowat het eerste technologiebedrijf zijn dat over heel Europa een dedicated m2m-netwerk uitbouwt.
Een eerste partner is Vodafone, waardoor Panasonic-toestellen straks al in een 40-tal landen verbinding moeten kunnen maken met de m2m-cloud van het bedrijf.
Het eerste product dat gebruik maakt van het m2m-netwerk van Panasonic, is de Nubo, volgens de Japanners de eerste bewakingscamera met 4G-verbindingsmogelijkheden. Deze camera kan gebruikt worden zonder dat er een wifi-verbinding nodig is.
Ook de verwarmings- en de koeloplossingen van Panasonic kunnen voortaan gemonitord en bestuurd worden via het m2m-netwerk van de fabrikant. Een grote Europese supermarktketen zou deze dienst momenteel al uitproberen in enkele winkels.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier