ICT-afdelingen blijven Siemens-resultaten bezwaren

De afdelingen SBS (it-services) en Com (telecom) zijn voor een groot deel verantwoordelijk voor de achteruitgang in de winst van de Siemens-groep. Als reactie op de grotere rendabiliteitsproblemen van die twee afdelingen wil de Duitse groep haar inspanningen opdrijven om de kostenbesparingen te versterken en te versnellen.

De Siemens-groep heeft vanochtend haar resultaten voor het fiscale jaar 2005 voorgesteld, dat op 30 september beëindigd werd. De verkoop groeide 7 % tot 75,44 miljard euro, maar de operationele winst (zonder de overdrachten, zoals die van de mobiele telefoons) viel van 5,1 miljard naar 4,6 miljard euro. Die daling bleek vooral beïnvloed door de kosten van de herstructureringen in de ict-afdelingen van de groep.De situatie in de ict-afdelingen is er niet op verbeterd: SBS noteerde een verlies van 690 miljoen euro (tegenover een winst van 40 miljoen in 2004) en Com zag zijn winst een val maken van 707 miljoen naar 454 miljoen euro. Wat SBS betrof, bracht ceo Klaus Kleinfeld het herstructreringsprogramma aldaar in herinnering, dat tegen 2007 1,5 miljard moet besparen. Er waren eerder al 2400 ontslagen aangekondigd in Duitsland. Maar er werd niets nieuw aangekondigd, behalve dat de maatregelen de kwaliteit van de diensten aan de klanten niet in het gedrang konden brengen, “en die kwaliteit en competitiviteit wordt evenzeer geëist door de Siemens-groep zelf.” SBS is inderdaad de “interne” it-leverancier van de Siemens-groep.Wat de telecom-activiteiten (Com) betrof, kondigde Kleinfeld aan dat de herstructurering zou versneld worden. In het bijzonder voor de afdeling Enterprise Networks, dat lijdt onder een grotere druk op de prijzen en onder de technologische overschakeling naar voice-over-IP. “De tendens is een migratie van hardware naar softwareoplossingen. Met andere woorden, van traditionele telecom naar voice-over-IP.” Helaas remt het huidige economische klimaat, vooral in Duitsland, volgens hem de investeringen in die nieuwe technologieën af. “We gaan substantieel op onze kosten besparen. In overleg met de vakbonden zullen wij onze middelen afstellen op de vraag. De oplossing houdt een inkrimping in van de werktijd van 35,8 uur naar 30 uur per week.” De CEO maakte allusie op “andere maatregelen”, zonder in detail te gaan.