Climate tech: zoveelste hype of dé stap richting duurzame toekomst?

© Getty Images

Klimaattechnologie is onmisbaar in de duurzaamheidtransitie waar we door moeten. Maar ook al doet de term climate tech aan cleantech denken, toch gaat het hier om iets heel anders.

Het label ‘cleantech’ doet wellicht nog een belletje rinkelen. In minder positieve zin dan, want vanaf 2005 ontaardde de term in een vehikel voor zogeheten schone technologieën zonder dat daar veel duurzame fundamenten tegenover stonden. Investeerders en speculanten waren er als de kippen bij om te investeren in wat de sector van de toekomst moest worden, zonder zich al te veel vragen te stellen over de levensvatbaarheid ervan.

Er ontstond een bubbel, gevoed door de toenemende bezorgdheid over klimaatverandering en verder versterkt door beleidsinitiatieven en de groeiende interesse voor milieutechnologie. Heel wat start-ups sprongen op de kar, daarbij vaak niet gehinderd door enige kennis van wat duurzaamheid precies inhoudt. Hoewel de groeiende belangstelling voor cleantech an sich positief was, bleek halverwege het vorige decennium dat de hype rond de cleantechbedrijven voor een grote overwaardering had gezorgd. Uiteindelijk kwam de investeerder bedrogen uit.

New kid on the block

Volgens Forbes bevinden we ons momenteel in een nieuwe cleantech-bubbel. Maar om geen nare herinneringen op te roepen, zijn nu vooral termen als ‘energietransitie’, ‘ESG’ en ‘climate tech’ in zwang. Een handige herverpakking vanuit marketingperspectief? “Climate tech is een containerbegrip voor zowel hardware als software, of combinaties daarvan”, zegt Ines Vanlangendonck, expert digitale duurzaamheid bij Kamon, een bedrijf dat initiatieven rond duurzame digitalisering ondersteunt. “Enerzijds gaat het over technologie die probeert de voetafdruk van andere technologieën te verkleinen, anderzijds gaat het ook breder en kan je elke technologie die bijdraagt aan een vermindering van CO2-uitstoot als climate tech omschrijven.”

Klimaatplannen organiseren op basis van technologie die nog niet bestaat, is problematisch

In het beste geval heeft klimaattechnologie een positief effect op het hier en nu, maar ook climate tech blijft een voorwerp van speculatie voor investeerders. “Technologieën kunnen best veelbelovend zijn”, zegt Vanlangendonck, “maar heel vaak beloven ze een uitstootreductie die bijvoorbeeld pas over tien jaar zal plaatsvinden. Pas dan zal blijken of die technologieën ook echt doen wat ze beloven. Om die reden is de term onderhevig aan kritiek.” En die is deels terecht, meent ze: “Klimaatplannen organiseren op basis van technologie die nog niet bestaat, is problematisch.”

Betere fundamenten

Uit cijfers van advieskantoor PwC blijkt dat de investeringen in climate tech nogal grillig verlopen. In 2023 telde het bedrijf 8.000 climate tech start-ups, samen goed voor bijna 500 miljard dollar. Toch vielen de investeringen in die start-ups het voorbije jaar sterk terug. De meer mature poot van climate tech – zoals bedrijven die werken rond zonne- en windenergie – hebben nood aan grote investeerders zoals banken en overheden, klinkt het. Dat maakt het voor start-ups een moeilijkere markt. “Het laat vermoeden dat de zin om te investeren in climate tech er wat op achteruit is gegaan de voorbije jaren”, stelt Vanlangendonck. “Toch merken we dat de sector nu beter standhoudt dan in het verleden.”

Hoewel klimaattechnologie voor bedrijven en investeerders ook een makkelijk middel biedt om aan greenwashing te doen, ziet ze het toch als een belangrijk element richting een duurzamere toekomst, met name in de strijd tegen de klimaatverandering. De kaarten liggen nu anders dan voorheen, beter ook. “De nieuwe generatie start-ups focust op prominentere vraagstukken en problemen. Tegelijk staan we nu ook al een stuk verder in vergelijking met het tijdperk waarin cleantech een hype was.”

Sinds de tijd van cleantech zijn de geesten verder gerijpt. “Klimaattechnologie toont aan dat de nood aan duurzaamheid eigenlijk een onuitputtelijke bron van innovatie is. We moeten het zien als een uitnodiging tot creatief denken. De huidige omstandigheden leggen immers heel veel restricties op en het vergt veel creativiteit om daarmee om te gaan. Ik stel dan ook altijd dat we veeleer in een creativiteitscrisis zitten, dan in een klimaatcrisis.”

Climate tech bij ons

In België is het vooralsnog met een vergrootlas zoeken naar climate tech start-ups die erin slagen naam te maken. “In Frankrijk is meer aan het gebeuren en je ziet ook dat er daardoor in Wallonië meer beweegt dan in Vlaanderen.” Een snelle blik op de climate tech bedrijven in ons land leert dat ze vooral rond software en applicaties werken, ondersteund door een cloudverhaal. Ethernetics is daar een voorbeeld van. Via sensoren en machine learning zorgt de start-up ervoor dat servers in datacenters van klanten efficiënter en dus duurzamer draaien: onder meer met opvallend minder stroomverbruik.

Maar innovatie kan ook gewoon de vermarkting zijn van technologie die bedrijven in de eerste plaats voor zichzelf ontwikkelden. Koffiebranderij Ray&Jules ontwikkelde de juiste technologie om koffie te branden op zonne-energie. “Hun product blijft in de eerste plaats koffie, maar met hun technologie helpen ze ook andere koffiebranderijen.”

Twin transformation

De evolutie op het vlak van climate tech kent verdere beleidsondersteuning vanuit Europa, dat daarmee duidelijk aangeeft dat het klimaattechnologie niet als een hype ziet maar als een katalysator voor de toekomst. “De Europese Unie volgt het pad van de twin transformation“, zegt Ines Vanlangendonck. “Ze wil de transitie naar duurzame bedrijfsmodellen versnellen door te investeren in digitalisering en er daarnaast ook voor zorgen dat die digitalisering zelf zo weinig mogelijk impact heeft op het klimaat.”

Ook de Verenigde Naties benadrukken dat we er ondanks de technologische mogelijkheden die voorhanden zijn niet in slagen het potentieel ervan maximaal te benutten om de wereld duurzamer te maken. Ze verwijzen daarbij naar het feit dat technologie overheden, bedrijven en burgers vandaag nog te veel voor een keuze stelt. Er is een afweging nodig tussen het maximaal benutten en het doordacht beheren van nieuwe technologieën, om zowel het milieu als onze burgerlijke rechten en vrijheden te beschermen. Om de digitalisering ook duurzaam te maken, moet er sprake zijn van een systeembenadering: enerzijds door de negatieve gevolgen van digitalisering (zoals vervuilende energieproductie en -consumptie, het winnen van grondstoffen) te beperken, en anderzijds innovatie op een duurzame manier te versnellen, bijvoorbeeld via het hergebruik van materialen en via duurzame consumptie.

Die systeembenadering is een cruciaal aandachtspunt dat duidelijk nog bij veel bedrijven ingang moet vinden, meent Vanlangendonck. “Je merkt dat je daarbij al snel tegen de silo’s binnen organisaties aanloopt.” Ze haalt de levensduur van hardware als voorbeeld aan. “Heel wat materiaal kan vaak geen tweede leven krijgen simpelweg omdat bedrijven hardware aankopen die daar niet voor ontworpen is.” Om hun digitale voetafdruk terug te dringen en de levensduur van hardware te verlengen, moeten bedrijven dus eigenlijk hun aankoopproces herzien en hertekenen met het oog op duurzaamheid. Dat vraagt een compleet andere benadering.

Samengevat mogen we stellen dat er heel wat elementen zijn die aantonen dat climate tech niet zomaar een herverpakte versie van cleantech is. Maar om het volledige potentieel van clean tech te verzilveren, moeten we er over waken dat de digitale transitie duurzaam is op verschillende fronten tegelijk en in de breedst mogelijke zin van het woord.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content