Intel stapt uit ‘One laptop per child’-project
Intel stapt uit het ‘One laptop per child’-project (OLPC), dat goedkope computers bezorgt aan kinderen uit ontwikkelingslanden. De Amerikaanse chipsfabrikant laat weten dat hij alle fondsen blokkeert, en technische hulpprogramma’s stopzet. ‘Filosofisch getinte meningsverschillen’ zouden aan de oorsprong liggen van de beslissing.
Intel stapt uit het ‘One laptop per child’-project (OLPC), dat goedkope computers bezorgt aan kinderen uit ontwikkelingslanden. De Amerikaanse chipsfabrikant laat weten dat hij alle fondsen blokkeert, en technische hulpprogramma’s stopzet. ‘Filosofisch getinte meningsverschillen’ zouden aan de oorsprong liggen van de beslissing.
De goedkope laptop voor kinderen werd ontwikkeld door de Amerikaanse non-profit organisatie OLPC, wat staat voor ‘One laptop per child’. Het toestel is speciaal uitgerust voor ontwikkelingslanden: een scherm dat ook in zonlicht leesbaar is, een batterij die met een pomp of zonne-energie kan worden opgeladen en een waterbestendig omhulsel. De prijs van de laptop bedraagt nu nog 180 dollar, maar het is de bedoeling om de machine op termijn te leveren voor de ronde prijs van 100 dollar.
De beslissing van Intell komt hard aan bij OLPC. Na een moeilijke start begonnen heel wat ontwikkelingslanden interesse te tonen in het project, en grote bestellingen te plaatsen. In landen als Cambodja, Afghanistan, Rwanda en Haïti, wachten al meer dan 25.000 kinderen op hun toestel.
Intel zelf heeft altijd grote vraagtekens geplaatst bij het project. Aanvankelijk sprak het bedrijf zelfs van een ‘waardeloze uitvinding’. Toch leek de lucht geklaard, en begin juli kondigden beide partijen aan te gaan samenwerken. Dat Intel nu op die beslissing terugkomt, heeft volgens waarnemers alles te maken met het feit dat het bedrijf bevreesd is om zijn marktaandeel in ontwikkelingslanden te verliezen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier