In de technologiefabriek Foxconn in China hebben opnieuw drie werknermers zelfmoord gepleegd.
Drie werknemers van een fabriek van het Taiwanese Foxconn in China hebben in minder dan drie weken tijd een einde aan hun leven gemaakt, zo hebben een officieel persbureau en een organisatie die voor de arbeiders opkomt, gemeld. De organisatie plaatst vraagtekens bij de zelfmoorden.
De drie loontrekkenden werkten in Zhengzhou in dezelfde fabriek van ‘s werelds grootste producent van computeronderdelen waar onder meer de iPhone en andere apparaten van Apple gemaakt worden.
Een 24-jarige man stortte zich op 24 april vanuit zijn slaapzaal naar beneden, terwijl een 23-jarige vrouw drie dagen later van de zesde verdieping van haar gebouw naar beneden sprong, meldde het persbureau Nieuw China. Dinsdag liet een getrouwde man van rond de dertig jaar oud zich van een dak van een vijf verdiepingen tellend gebouw naar beneden vallen.
Arbeidsomstandigheden
“De redenen zijn niet duidelijk”, zei China Labor Watch, een organisatie met zetel in New York. Mogelijk houden de zelfmoorden verband met een beleid dat arbeiders met ontslag bedreigt als ze praten op de werkvloer, voegde de ngo er in een mededeling aan toe.
Foxconn wordt nauwlettend gevolgd door organisaties die voor de rechten van werknemers opkomen na een golf van zelfmoorden (minstens dertien) in 2010 in Chinese fabrieken. Die waren volgens de militanten te wijten aan de harde arbeidsomstandigheden.
De Taiwanese groep assembleert onder meer producten voor Apple, Sony en Nokia en stelt 1,2 miljoen mensen tewerk in China. (Belga/EE)
