Ouders weten niet wat hun kinderen online doen
Ouders hebben weinig zicht op het online risicogedrag van hun kinderen. Dat blijkt uit onderzoek door de Odisee Hogeschool en de Universiteit Antwerpen. De Gezinsbond en Child Focus lanceren daarom een nieuw vormingspakket voor ouders.
Aan het onderzoek namen 357 gezinnen in Vlaanderen deel. Zowel de jongeren als de ouders werden bevraagd. “Dat jongeren samen met hun moeder én vader bevraagd worden over hun online gedrag is uniek”, zegt onderzoekster Katrien Symons. Wat blijkt: ouders onderschatten het online risicogedrag van hun kinderen. Zo geeft iets meer dan 10 procent van zowel de jongens als meisjes toe via sociale media al eens persoonlijk gegevens te hebben doorgegeven aan mensen die ze nog nooit hebben ontmoet. Ongeveer een kwart zegt mensen toe te voegen die ze nog nooit persoonlijk hebben ontmoet. Meer dan de helft aanvaardt vriendschapsverzoeken van mensen die ze niet kennen. Jongeren kijken ook online naar gewelddadige en pornografische filmpjes: 27 procent van de jongens zegt soms tot zeer vaak naar porno te kijken en voor 42 procent van hen geldt dat ook voor gewelddadige filmpjes. Bij meisjes ligt dat percentage lager: respectievelijk 6 en 25 procent.
Nog uit de studie blijkt dat één op de tien jongeren ervaring heeft met sexting. En één op tien zegt ooit een seksueel getinte foto van iemand anders te hebben verspreid zonder daar toestemming voor te hebben. Een kwart van de meisjes zegt al slachtoffer te zijn geweest van cyberpesten, tegen acht procent bij de jongens. Acht procent van de jongeren geeft toe zelf te cyberpesten. Ouders zijn niet goed op hoogte van het online gedrag. Zo blijkt slechts één op de drie vaders en een kwart van de moeders te weten of hun kind wordt gecyberpest. Amper vijftien procent van de ouders beseft dat hun kinderen vriendschapsverzoeken van onbekenden aanvaarden. Minder dan tien procent van de ouders weet dat hun kinderen naar gewelddadige filmpjes kijkt. Vaders blijken iets beter op de hoogte te zijn dan moeders van het gedrag van hun kinderen. Toch zijn ouders bewust van de gevaren. Moeders zijn vooral bezorgd over cyberpesten, vaders over het vrijgeven van persoonlijke info. Terwijl vier op de tien gelooft dat hun kind beter kan omgaan met de gevaren van internet dan andere kinderen, heeft ongeveer de helft van alle ouders het gevoel het internetgebruik van hun kinderen niet goed in de hand te kunnen houden.
Ook over regels en afspraken zijn er grote verschillen tussen ouders en jongeren: terwijl maar 17 procent van de ouders zegt hun kind online alles te laten doen wat het wil, zegt 35 procent van de kinderen alles te mogen van hun ouders. Ook over het bespreken van problemen zijn er verschillen: terwijl drie kwart van de moeders denkt dat kinderen online problemen met hen bespreken, zegt maar 29 procent van de jongeren dit effectief te doen. Om beter met het internetgebruik van hun kinderen om te gaan, lanceren de Gezinsbond en Child Focus het vormingspakket ‘Veilig online’ voor verenigingen, scholen en ouders.