Ruimtetelescoop James Webb arriveert op zijn bestemming
De nieuwe ruimtetelescoop James Webb komt vandaag aan op zijn werkplek. Daar moet hij de komende decennia het heelal in kaart brengen en nieuwe ontdekkingen doen. Zo gaat de telescoop zoeken naar planeten waar misschien leven mogelijk is, naar verre sterrenstelsels en naar sporen van de oerknal.
De James Webb is ontwikkeld door Europa, de Verenigde Staten en Canada. Het project kost in totaal ongeveer 8 miljard euro. De telescoop werd op eerste kerstdag gelanceerd en heeft inmiddels bijna 1,5 miljoen kilometer afgelegd door de ruimte.
Maandagavond, rond 20.00 uur onze tijd, wil de vluchtleiding de motoren van de sonde aanzetten. Daarmee verandert zijn koers en komt hij aan bij zijn bestemming. Dat is een stabiele plek in de schaduw van de aarde. Hij verbruikt daar zo min mogelijk energie, heeft vrij zicht op het universum en kan eenvoudig beelden en metingen doorsturen.
Instrumenten koelen en testen
De nieuwe ruimtetelescoop is de opvolger van de beroemde Hubble. De James Webb is ongeveer zo groot als een tennisbaan, met als kern een spiegel van 6,5 meter groot. Die moet het licht uit het heelal opvangen, zodat instrumenten aan boord dat kunnen doorgronden.
Na aankomst moeten de instrumenten aan boord worden gekoeld en getest. In de zomer kan de James Webb waarschijnlijk de eerste metingen verrichten.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier