Technologiemaatregelen op komst na Pukkelpop-drama
Bij rampen moeten alle aanwezigen een infobericht ontvangen. Dat berichtje moet de mensen geruststellen en instructies geven over hoe contact op te nemen met hun familie. Dat is één van de maatregelen die Minister van Binnenlandse Zaken Annemie Turtelboom en minister van Telecommunicatie Vincent Van Quickenborne overeengekomen zijn met de drie telecomoperatoren na overleg over de Pukkelpop-ramp.
Bij rampen moeten alle aanwezigen een infobericht ontvangen. Dat berichtje moet de mensen geruststellen en instructies geven over hoe contact op te nemen met hun familie. Dat is één van de maatregelen die Minister van Binnenlandse Zaken Annemie Turtelboom en minister van Telecommunicatie Vincent Van Quickenborne overeengekomen zijn met de drie telecomoperatoren na overleg over de Pukkelpop-ramp.
Bij de ramp op Pukkelpop bleek communicatie het grote probleem te zijn omdat het gsm-netwerk verzadigd was nadat iedereen probeerde contact op te nemen met het thuisfront. Om dat tegen te gaan en de crisiscommuncatie te verbeteren, zullen nu maatregelen uitgewerkt worden. Tegen eind september wil minister Turtelboom een volledig uitgewerkt bruikbaar actieplan voor alle soorten van crisissituaties.
Enerzijds moet er meer op voorhand gebeuren. Zo zullen bij evenementen de operatoren betrokken worden bij het overleg dat altijd plaatsvindt met bijvoorbeeld gouverneur, burgemeester en hulpdiensten. Bedoeling is dat op voorhand ook een telecomluik toe te voegen aan de plannen. Zo kan er voorhand bijvoorbeeld bepaald worden wat de ideale plaatsen zijn om tijdelijke gsm-masten te plaatsen.
Op het moment van de ramp zelf denken de ministers onder meer aan het systeem van “cell broadcasting”. Met die techniek – die momenteel nog in geen enkel land toegepast wordt maar in de testfase zit – zou het bij een ramp de bedoeling zijn naar alle aanwezigen een bericht te sturen. Via dat bericht zou een verkort nummer gestuurd worden waarnaar de aanwezigen een bericht kunnen sturen. Die boodschap verschijnt dan op een website waar het te consulteren is door de familie, aldus Van Quickenborne. De ministers denken ook aan een systeem waarbij aanwezigen een bericht kunnen nalaten op een voice mail.
Ook zal er onderzocht worden welke rol draadloos internet (wifi) kan spelen om mensen te infomeren bij rampen. Ook de “prioritisering” van het mobiele gebruik is van belang. Zo zal er in crisissituaties voorrang gegeven worden aan sms, in de tweede plaats aan gesprekken en dan aan foto en video. “Twee à vier seconden bellen gebruikt de capaciteit van een sms”, aldus Van Quickenborne.
Verder zijn er plannen voor een permanent callcenter bij het crisiscentrum. Dat zou bij rampen versterkt kunnen worden door “1207”, het callcentrum van de telecomoperatoren, zei Turtelboom.
En sociale media? Hoewel Turtelboom aangaf ook te denken aan een officiële Twitter- en Facebookaccount voor rampen, zijn de maatregelen op dat vlak nog te oppervlakkig, vindt de Gentse communicatiedeskundige Joël Verheyden van communicatiebureau contactpunt, die in opdracht van de lokale politie tijdens de Gentse Feesten onderzoek verrichtte naar het gebruik van sociale media. “Naar Nederlands model pleit ik voor het gebruik en vooraf communiceren van noodhashtags tijdens evenementen”, aldus Verheyden. “Er moeten virtuele nooduitgangen komen.”
De informatie uit sociale netwerksites kan gebundeld worden via bepaalde softwareprogramma’s. “Dat laat organisatoren, veiligheidspersoneel of hulpdiensten toe om te monitoren en in te grijpen waar nodig, het voordeel van sociale media is net de tweerichtingscommunicatie. Via deze monitoring platforms zoals het Belgische BrandFractal, kunnen ook crisiswoorden ingesteld worden, waarbij alerts per e-mail of sms vertrekken in geval van nood.”
Verheyden vindt dat in veiligheidsdossiers ook een verplicht hoofdstuk over het sociaal netwerkverkeer moet worden ingelast. “Net zoals evenementen gecontroleerd worden door onder meer brandweer, politie of het ministerie van Volksgezondheid, moet er ook een digitale controle komen.”
Bron: Belga
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier