“We brengen onze data dichter bij de business”

AE tekent pragmatische datastrategie uit bij Lecot

© Caroline Dupont Photography
AE
AE
Advertorial

Advertorial verbindt organisaties met de lezers van en doet een beroep op de specialisten van Roularta Brand Studio voor tekst en illustraties. De inhoud wordt eventueel aangebracht door de partner en valt buiten de verantwoordelijkheid van de redactie.

12 december 2023, 15:44 Bijgewerkt op: 12 december 2023, 15:44

In data bevindt zich de sleutel tot toekomstig succes. Het komt er dus op aan die data zichtbaar, beschikbaar en inzetbaar te maken voor de business. Op weg naar die data-driven aanpak kiest Lecot voor een pragmatische benadering. De bouwgroothandel laat zich bij de ontwikkeling en uitvoering van zijn datastrategie bijstaan door de specialisten van AE.

De geschiedenis van Lecot gaat terug tot 1888, toen Charles Lecot in Heule bij Kortrijk van start ging met een winkel in ijzerwaren. In 1911 nam Jean Raedschelders in Maaseik een ijzerhandel over. Beide bedrijven kenden doorheen de jaren een sterk groei, tot ze in 2008 fuseerden. Het resultaat: een specialist in beslag, machines, bevestigingstechniek en toegangscontrole met ruim 700 medewerkers, verspreid over zowat 80 vestigingen en 2 logistieke centra – nog altijd waar het destijds begon, in Heule en Maaseik. Lecot is een groothandel voor de bouw en de industrie. Klanten krijgen via Lecot toegang tot een assortiment van ruim 110.000 producten en bijhorende diensten.

Om de klanten op de best mogelijke manier te blijven ondersteunen – in de winkel- en afhaalpunten, maar ook online – zet Lecot sterk in op digitalisering. “Onze ERP-omgeving – gebaseerd op IBM-technologie – is een kerncomponent in het IT-landschap en ondersteunt de belangrijke businessprocessen”, zegt CIO Stoffel Vanhalst. “Dat is historisch zo gegroeid.” Doorheen de jaren voegde Lecot extra componenten aan zijn IT-omgeving toe, onder meer voor magazijnbeheer, e-commerce en rapportering. “Voor ons klantenbeheer hebben we Salesforce gekozen”, vervolgt Stoffel Vanhalst. “Dat vormde mee de trigger om even stil te staan bij ons complete applicatielandschap, maar daarbij ook na te denken over hoe we onze datastrategie verder zouden uitbouwen.”

Meer doen met meer data

Stoffel Vanhalst, CIO bij Lecot, en Kevin Stobbelaar, Director Data & AI bij AE © Caroline Dupont Photography

Lecot voelde aan dat er een ingreep nodig was om de IT-omgeving ook in de toekomst voldoende flexibel en wendbaar te houden. “Dat gevoel nam nog toe toen we beslisten om ons landschap verder uit te bouwen door middleware te voorzien”, legt Stoffel Vanhalst uit. De keuze van Lecot viel daarbij op Boomi. “Dankzij die tussenlaag konden we afstappen van de klassieke point-to-point verbindingen tussen de diverse applicaties.” Het bleek tegelijk een oefening die extra vragen deed rijzen. “Hoe kunnen we de samenhang in het IT-landschap versterken? Wat is de impact op data? Hoe kunnen we ook op langere termijn pragmatisch blijven werken? Met de antwoorden op die vragen, stellen we onze toekomstige blik op IT scherper.”

Een stapsgewijze transitie naar een data-driven organisatie, aan de hand van concrete usecases

Stoffel Vanhalst, CIO bij Lecot, en Kevin Stobbelaar, Director Data & AI bij AE

Lecot wilde graag een onafhankelijke, kritische kijk op het huidige en toekomstige belang van de rol van data voor het bedrijf. Het nam daarvoor AE onder de arm, dat bedrijven helpt succesvol te zijn in de digitale wereld. Stoffel Vanhalst: “Kunnen we verder bouwen op bestaande oplossingen? Zijn nieuwe methodes en technologie relevant in ons IT-landschap en bieden ze een antwoord op onze uitdagingen? Die vragen legden we aan AE voor.” De bedoeling was daarbij vooral te kijken hoe Lecot meer zou kunnen doen met de data waar het bedrijf over beschikt. “In ons CRM-systeem verzamelen we alle data over klanten”, legt Stoffel Vanhalst uit. “Maar daarnaast hebben we ook een PIM, met focus op productdata. We wilden nagaan hoe we dat hele databeheer zouden kunnen verbeteren – datakwaliteit, lifecycle management, governance, noem maar op – en hoe we daarvoor onze data-architectuur zouden laten evolueren.”

Transitie met langere horizon

Concreet ging Lecot met AE op zoek naar usecases die het bedrijf zouden toelaten die data-driven insteek in de praktijk te brengen. “We werken daarbij met twee invalshoeken”, vertelt Kevin Stobbelaar, Director Data & AI bij AE. “Enerzijds bekijken we hoe de onderneming al werkt met data, maar ook wat mogelijk blokkerende factoren zijn om het potentieel daarvan verder te verhogen. Anderzijds helpen we het bedrijf ook om nieuwe kansen te ontdekken en de beschikbare data nog beter te benutten.” AE betrekt bij die oefening alle stakeholders die met data werken: om het bestaande gebruik van data in kaart te brengen, en zo het startpunt van de transitie vast te leggen.

“Belangrijk is daarbij om het overzicht te bewaren”, vervolgt Kevin Stobbelaar. “We bekijken hoe medewerkers data gebruiken, bijvoorbeeld in het kader van ERP, CRM of rapportering.” AE gaat met die medewerkers in gesprek en luistert naar wat hun ervaringen zijn, maar ook welke verwachtingen ze hebben of welke moeilijkheden ze ervaren. “Op basis van die inzichten hebben we verschillende categorieën van uitdagingen gedefinieerd, gekoppeld aan het potentieel dat we erin zien.” Dat linkte AE vervolgens met het architecturale luik. “Dat toont aan wat we op een termijn van drie tot vijf jaar mogelijk achten.” Op die manier geeft de aanpak van AE uit zichzelf al aan dat het niet om een eenmalige ingreep gaat, maar om een traject op langere termijn. “Het is een transitie”, bevestigt Stoffel Vanhalst, “die je als bedrijf niet alleen technologisch, maar ook organisatorisch op de juiste manier moet ondersteunen.”

Stapsgewijze aanpak

Dat blijkt in de realiteit de enige juiste manier te zijn voor een bedrijf dat zich in een data-driven organisatie wil omvormen. Tegelijk is het een aanpak die ingaat tegen een manier van werken die nog niet zo heel lang geleden courant was. “Een bedrijf had toen vaak de reflex om eerst te investeren in de implementatie van een groot dataplatform”, zegt Kevin Stobbelaar. Maar in de praktijk biedt zo’n platform niet veel meer dan een basis. Na die lastige oefening – die vaak veel tijd en budget opslorpt – moet het echte werk nog altijd beginnen. Net daarom pakt AE een datatraject liever anders aan.

“Bij Lecot hebben we gekozen voor een graduele, stapsgewijze aanpak”, legt Kevin Stobbelaar uit, “met concrete cases.” Het succes van die cases bezorgt Lecot de inspiratie en motivatie om telkens weer een nieuwe stap te zetten. “We maken daarbij gebruik van Microsoft Azure, maar zien die technologie eerder als een middel”, zegt Stoffel Vanhalst, “niet als een doel op zich. We kiezen bewust voor een technologisch agnostische aanpak. We zien dit dan ook niet als een IT-project, wel als een traject om de data dichter bij de business owners te brengen.”

Nieuwe inzichten

De eerste usecases omvatten de implementatie van Salesforce en het ontsluiten van de data uit de CRM- en ERP-omgeving van Lecot. “Ook dat hebben we heel pragmatisch benaderd”, legt Stoffel Vanhalst uit. “We hebben de architectuur voorzien die het mogelijk maakt de data te ontsluiten op een manier die het mogelijk maakt die data vlot in te zetten bij andere usecases.” De bedoeling is om meer data samen te brengen en daar nieuwe inzichten uit te verwerven. “De architectuur die we hebben neergezet, biedt hierbij ook een fundament om gerichter te rapporteren.” Via selfservicetools krijgt de business zo makkelijker toegang tot data. “Dat was het uiteindelijke doel”, zegt Kevin Stobbelaar. “Om meer met data te kunnen werken, moet je ook de consumptie van die data vereenvoudigen.”

Duidelijk plan

Voor Lecot is het nog te vroeg om de ROI van het traject in concrete cijfers te gieten. “Maar we zien wel al een grotere voorspelbaarheid ontstaan in onze manier van werken”, geeft Stoffel Vanhalst aan. “Er is een duidelijk plan, er is een duidelijk houvast. Kwalitatief staat de meerwaarde daarvan nu al vast.” Daarmee beschikt Lecot over een solide basis om zijn evolutie richting een meer data-driven organisatie verder te zetten. “De architectuur laat toe om specifieke IT-workloads meer zichtbaarheid te geven bij de business”, besluit Stoffel Vanhalst. Dat moet de business aanzetten om meer en beter gebruik te maken van de beschikbare data en beslissingen met inzichten uit die data te ondersteunen. “Dankzij het traject dat we het voorbije jaar met AE hebben doorlopen, maken we onze data journey veel concreter.”