Het kan altijd dunner
De iPod nano van de vierde generatie is verkrijgbaar in negen hippe kleuren, van staalgrijs tot fluorescerend paars. Het draagbare muziekspelertje bestaat in een 8 en een 16 GB versie, die respectievelijk 136 en 189 euro kosten. Wij speelden muziek met de kleinste versie.
De iPod nano van de vierde generatie is verkrijgbaar in negen hippe kleuren, van staalgrijs tot fluorescerend paars. Het draagbare muziekspelertje bestaat in een 8 en een 16 GB versie, die respectievelijk 136 en 189 euro kosten. Wij speelden muziek met de kleinste versie.
Apple is er in geslaagd 0,8 mm van de vorige nano af te schrapen om tot een indrukwekkend platte 6,2 mm te komen. Verder is er opnieuw gekozen voor een smal en langwerpig ontwerp (38,7 x 90,7 mm). Net als de vorige iPod nano beschikt de speler over een kleurenscherm van 2 inch (5,12 cm) met een resolutie van 320 x 240 pixels. De voorzijde – waar het scherm en het clickwheel zich op bevinden – en de achterzijde zijn zo gebogen dat ze geen hoeken met elkaar vormen. Het aluminium geheel vormt een echt ‘appletje’ op de designtaart.
Nieuwe functies Twee van topfuncties van de iPod touch vinden we ook terug op de iPod nano. De eerste is de coverflow-functie. De nano is net als de touch uitgerust met een systeem dat beweging registreert. Dankzij dit systeem kan je de iPod nano op zijn zij draaien om coverflow te activeren. Dan lijkt het net alsof je virtueel door de hoezen van je platencollectie thuis snuffelt. Een tweede handige functie is Genius. Dit is een digitale dj die nummers zoekt die passen bij het nummer dat jij gekozen hebt. De nieuwe iPod nano heeft ook een eigen, unieke vernieuwing. Als je de nano schudt, komt deze in shuffle-modus en kiest hij een willekeurig nieuw nummer. De bewegingssensor die deze functie mogelijk maakt, wordt ook gebruikt in verschillende spelletjes die je met de iPod nano kunt spelen.
Oortjes Toegegeven, de nieuwe iPod nano ziet er ongelooflijk goed uit en zijn nieuwe functies mogen er wezen. Comfortabel is het ding echter niet. Dit heeft één overduidelijke oorzaak. De oortjes lijken nergens op. Bij de eerste iPod woog hun streling voor het oog nog op tegen hun kwelling voor het oor. Ondertussen zijn we hun design wel gewoon en begint die kwelling toch (letterlijk) wat harder te wegen. De geluidskwaliteit van de Apple-oortjes is belabberd in vergelijking met wat we standaard bij veel concurrenten, waaronder Creative, aantreffen. Nog ergerlijker is dat de harde oortjes nooit lang in je oren blijven zitten. Het meest frustrerende is dat Apple wel degelijk betere oortjes heeft ontworpen. Apple weigert ze echter standaard bij de spelers te steken. In de plaats daarvan verkoopt Apple ze liever apart voor een forse 79 euro! Je krijgt er dan wel een ingebouwde microfoon bij, maar toch is dat een hoog bedrag.
Conclusie Ondanks de oortjes blijft het feit dat Apple er keer op keer in slaagt draagbare muziekspelers op de markt te brengen die op de meeste vlakken ver boven de concurrentie uitsteken. De aanhoudende populariteit van de Apple iPod is dus niet zonder reden.
Peter Schildermans Bron: www.diskidee.be
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier